maandag 20 juni 2011

Eerste lesje

Vakdidactiek moet je leren, maar vooral veel proberen.
Het voor de klas staan, is niet iets dat enkel uit theorie boeken komt. Het is iets wat je moet ervaren, gewoon moet doen. Door ervaring leer je.

Zo moest er dus een lesje gegeven worden voor de klas.
Een belangrijk punt voor mij in het doceren, is het straffen en belonen. Ik weet van mezelf dat ik moeilijk nee kan zeggen en heb eerder de neiging leerlingen te belonen voor goede dingen, dan te straffen voor slechte.

Ik hield mijn lesje in de vorm van een discussie. Zo wilde ik mijn ervaringen delen en proberen door een discussie met mijn klasgenoten er achter te komen hoe anderen hier over denken en zo kon ik er zelf nog van leren.

Wanneer ik erg strak lessen voor bereid weet ik uit ervaring dat ik de helft vergeet, of alleen maar aan het oplezen ben. Dus bij deze les probeerde ik het op me af te laten komen met enkel wat standpunten.

Ik koos een makkelijke houding, ging op de tafel zitten. Dit straalt een bepaalde rust uit.

Dit lesje ging niet zo als verwacht. Ik moet meer sturen in een discussie anders kom ik niet tot een conclusie. Ook is het belangrijk dat ik voorbereid ben om te reageren op vragen van de klas.

Met een afwachtende houding kom ik niet ver in een discussie, laat staan voor een klas. Dit is een goed leerpunt dat ik uit deze les heb getrokken.

zaterdag 27 november 2010

Bassischoolstage


Evaluatie van de stage op de Meander

Dat de kinderen op het einde mij kwamen bedanken en zeggen dat ze het heel leuk hadden gevonden is precies wat ik leuker vond aan deze school. Ik heb gemerkt dat ik meer met de kinderen bezig ben geweest en ook echt met ze heb kunnen praten over van alles, het was veel persoonlijker dan op de Klimboom. Dit kwam ook doordat alles nu veel beter was geregeld, omdat we veel geleerd hadden van de Klimboom.

In deze groep zaten geen probleem kinderen die er wel een of meer waren op de Klimboom. Zelf mag ik van geluk spreken dat ik alleen maar lieve kindjes had in beide groepen. We zijn op de Meander ook wat vrijer gelaten. De lerares gaf ook daadwerkelijk ons de leiding terwijl bij de Klimboom deze er altijd bij waren en er ook op inspeelden.

Goede en sterke punten

AppleMarkDe ervaring die ik bij deze leeftijdscategorie heb gehad was klein. Ik heb veel opgepast toen ik nog jong was. Wel heb ik met groep 6 en 7 gewerkt een week kindervakantiewerk. Hiervan heb ik toen al veel opgestoken. Bijvoorbeeld hoe ik graag met ze om wil gaan, hoe ik ze kan motiveren en wat ik moet doen als het uit de hand loopt. Ik heb destijds gemerkt dat ik niet graag de lerares uithang, dat ik alleen maar opdrachten geef en zeg dat het goed of fout is, maar dat ik veel liever echt met de kinderen ga kletsen en met ze meewerk. Dit heb ik ook tijdens deze stage ondervonden. Wel ben ik wat vaker streng op getreden, wat ik nog steeds lastig vind. Zelf zeg ik niet graag nee tegen ze en probeer via andere wegen ze dingen duidelijk te maken. Dit komt ook omdat ik liever positief benader, door belonen, dan negatief door te straffen. Lastig van deze aanpak is dat ik nogal moeite kreeg met de aanhankelijke kinderen. Deze vragen meer aandacht van mij en die wil ik ze dan ook geven, hierbij moet ik wel niet kinderen voor gaan trekken. Zo was er op de Meander een meisje dat constant de aandacht van mij vroeg zodra ik binnen was, ze wilde altijd ‘naast de juf zitten’ waardoor andere de kans bijna niet kregen. Ik heb haar toen ook gezegd dat iedereen naast de juf mocht zitten, dus dat ze ook de rest een kans moest geven. Ook hier weer wilde ik niet streng zijn of boos doen, maar toch werkte mijn aanpak wel.

Ik merk wel, al helemaal nu ik dit allemaal uitgetypt heb, dat ik veel van de tijd buiten heb gespeeld met de kinderen. Toch had ik dit niet anders willen doen. Het resultaat was er en de opdrachten hadden ze gedaan. Ik vond het zelf belangrijker om ze te leren kennen en er achter te komen hoe je met een dergelijke leeftijdscategorie om moet gaan, dan dat ik ze alleen maar aan het werk blijf zetten. Hierdoor krijg je snel dat ze helemaal geen zin meer krijgen in te tekenen, waardoor de volgende opdrachten ook niet meer lekker lopen.

Ik heb erg genoten van deze stage, heb veel gelachen met de kinderen en veel leuke dingen met ze gemaakt. Ze vragen enorm veel aandacht en energie van je maar aan het einde van de dag had ik er een goed gevoel bij.

Basisstage





Eindreflectie

Hoewel ik erg hard aan verschillende karakter eigenschappen die ik bezit heb moeten werken, en die nog beter ontwikkeld moeten worden om een goede docent te kunnen worden, heb ik het, vooral op het einde erg naar mijn zin gehad. Omdat het begin erg stroef liep heb ik mijn tijd niet zo benut als dat ik dat eigenlijk had willen doen. Kijk ik er op terug had ik veel dingen anders gedaan, met name het hele initiatief probleem had ik nooit zo ver laten komen. Uiteindelijk is dat dan een leermoment voor de volgende stage. Hoewel ik toch in het begin al snel het gevoel had dat je meer kinderen aan het opvoeden bent dan ze echt iets over kunst kan leren moet ik zeggen dat ik op het einde er veel meer waardering voor kreeg.

Mijn idee achter een oriëntatie stage heeft ook invloed gehad op mijn zelf. Ik verwachte er te veel van, dat ik al veel voor de klas moest staan. Dat je zonder voor de klas te staan ook al veel zinvolle dingen kan doen werd pas op het einde duidelijk. Door mijn misverstand kreeg ik het gevoel al vrij snel, dat ik me niet thuis voelde. Toen ik in de laatste paar dagen toch voor de klas stond, en ook goed voorbereid voelde ik me wel thuis.

woensdag 30 september 2009

Punten waar een docent volgens mij op dit moment aan moet voldoen

Wat maakt een docent tot een docent?    Wat onderscheidt een docent van een goede docent?

Een docent moet vakbekwaam zijn, Privé en school moeten gescheiden gehouden worden, Persoonlijke betrokkenheid is belangrijk, De houding van een docent moet aantonen dat deze achter zijn vak staat, Niet alleen klassikaal uitleggen, maar ook individueel, Stof moet niet enkel zakelijk uitgelegd worden maar ook aantrekkelijker gemaakt worden, De docent moet de klas onder controle kunnen houden, Ondanks dat de docent orde houdt, moet er een aangename sfeer gecreëerd worden,
Liever belonen dan straffen, Problemen niet negeren, maar moeilijke kinderen  en lastpakken juist helpen/aanpakken, Aandacht in de les houden, Consequent blijven, Ook na de les nog even tijd voor de leerlingen hebben, Geduldig blijven, Nooit persoonlijke emoties uitlaten op de klas, Spraaktaal aanpassen aan je functie en niet aan de jeugd, Altijd netjes blijven, Verzorgt de les in komen.